emile koopmans
12/2016

Citaat

Over mijn vorige column, Frank Lloyd Wrong, is veel nagepraat. Ik had uitgelegd dat architecten met beelden werken die zij in hun geheugen verzamelen. En dat zij die beelden in hun nieuwe ontwerpen, bewust of onbewust, gebruiken. Natuurlijk, er zijn grenzen. Dan wordt het kopiëren. Maar als het goed uitpakt ontstaan er soms prachtige citaten. Zijn er meer voorbeelden in Haren waar geciteerd wordt, vroeg men mij. Die zijn er.

Het mooiste voorbeeld is misschien wel het gebouwtje dat staat bij het Transferium. Je kunt er droog wachten op de bus en ook je fiets er onder stallen. Ik schreef al eens een positieve recensie over het gebouwtje in de column Vies in maart 2011. Later beweerde ik zelfs dat het onbestaanbaar is dat deze fietsenstalling is uitgebreid met plastic zooi uit de catalogus. In plaats van dat de architecten gevraagd zijn een uitbreiding te verzorgen.

Nu het citaat. In Straatsburg heeft de wereldberoemde architecte (en prinses) Zaha Hadid uit India een vergelijkbaar gebouw ontworpen, ook bij een Transferium. Het is veel groter, maar het idee is gelijk: schuine daken van dunne betonnen platen die worden ondersteund door scheef staande kolommen. De vorm volgt de route ter plaatse en is dus verschillend. Een spannend lijnenspel zorgt voor verrassingen. De vraag wie de eerste ontwerper was met dit idee doet in deze column even niet ter zake. We kunnen het Zaha Hadid niet meer vragen. Onlangs heeft ze het tijdelijke met het eeuwige verwisseld. Als Zaha het Harense voorbeeld heeft geciteerd dan loopt de Groningse architect nu terecht naast zijn schoenen. Het beton zal nog wel even blijven. In Straatsburg en in Haren. Maar als we er voorbij rijden kunnen we lekker even denken dat we een beetje Zaha Hadid in Haren hebben. En vanaf haar wolk geniet ze vast mee.